afb.
Op 23 oktober 1944 brak voor Coudewater de laatste dag van de Duitse bezetting aan. 's-Avonds brak de hel los. Iedereen zat in de kelders en onderling contact was niet mogelijk. Doordat in de kelder van Dr. Cooijmans, geneesheer van Coudewater, bijna alle ruiten vernield waren door de inslag van een granaat, sliep hij de laatste oorlogsweek in de schuilkelder onder Boskant. Hier volgt zijn beschrijving van de gebeurtenissen rond de dood van verpleegster Irma Bosman.
“Rond tien uur 's-avonds werd ik gewaarschuwd dat in de zusterkamer een verpleegster lag, die getroffen was terwijl zij samen met een dochter van mijnheer Kortenhorst, dekking had gezocht onder de banken in de zusterkapel. Een granaatscherf bleek het bovenbeen van de verpleegster in de lies bijna afgesneden te hebben. Met de hulpmiddelen die beschikbaar waren boden we zo goed mogelijk eerste hulp en brachten haar per brancard naar de gang van Boskant. 's-Morgens om 7 uur stonden enkele Canadese soldaten aan de deur van de schuilkelder. We waren bevrijd!
Dr. Cooijmans heeft haar later enkele malen daar bezocht. Ze heeft echter het leven niet mogen behouden en overleed op 29 oktober 1944.Irma Bosman was in vrij slechte toestand en werd onmiddellijk door de Canadezen naar Eindhoven vervoerd." | 87 |
Harry Coppens, 'Oorlog en bevrijding Coudewater' in: Rosmalla 2 (2008) 28-29
A. van den Elzen, Wel gestorven niet vergeten : Oorlogsslachtoffers Rosmalen (1996) 1, 12, 87-89
Emma Frickel, 'De verpleging had maar een zorg: in leven blijven om patienten te kunnen verzorgen' in: 35 jaren later : Herinnering aan de oorlog en de bevrijding van Coudewater (1980) 31
René Kok, 'Wegens bijzondere omstandigheden...' : 's-Hertogenbosch in bezettingstijd 1940-1944 (2008) 402